Ineke Mastenbroek (club Flevoland) is landbouwkundige, afgestudeerd in Wageningen, en gepromoveerd in de VS. Al snel na haar terugkeer in Nederland kwam ze op een directiepositie en vervulde ze daarnaast bestuurlijke en toezichthoudende functies, altijd op haar oorspronkelijke kennisgebied. Ze heeft een voorkeur voor het samenwerken met andere mensen aan uitdagingen, en om er zelf ook van te leren. Haar laatste dienstverband was bij de Ontwikkelingsmaatschappij Flevoland. Daar ondersteunde ze o.a. MKB’rs in de agrarische sector bij hun eigen bedrijfsontwikkeling, bij innovaties, én bij het aanboren van geldstromen. Bedrijven die machines ontwikkelen, of bedrijven die bewaarplaatsen voor aardappels verkopen en op afstand beheren, ze kwam het allemaal tegen. In Flevoland ontwikkelde men techniek en kennis op dit gebied die overal ter wereld wordt toegepast. “Mijn toezichthouders gaven mij altijd veel ruimte om ervaringen te delen en kennis bij anderen op te doen, zoals in commissariaten. Ik leer nog steeds. Nu ik geen vast dienstverband meer heb, heb ik veel meer tijd voor bestuursfuncties. De variatie aan bedrijven en instellingen die ik ondersteun, werkt verrijkend”.
“Voor de tweede keer zet ik mij met anderen in voor Orange the World, op landelijk niveau. Samen bouwen aan een strategie en de clubs faciliteren om ieder op zijn eigen manier voor de campagne aan de slag gaan. Dat is wat ik als directeur ook deed. Motiveren op de inhoud en creatieve en energieke mensen de ruimte geven, daar houd ik van. Om als club iets voor elkaar te krijgen, heb je wel een paar enthousiaste mensen nodig die in staat zijn de hele club erbij te betrekken. Dan kun je als trekkers ook meer delegeren en anderen laten doen waar ze goed in zijn. Lokale overheden betrekken bij de campagne vraagt bovendien een netwerk en doorzettingsvermogen”.
Evalueren is een belangrijk onderdeel van het hele proces. “Als de actie voorbij is, geniet eerst vooral van het resultaat en ga daarna evalueren. Dat geeft meteen nieuwe ideeën voor de volgende campagne.”